wit gedicht

het laken strak gespannen
voor de oprit naar de poort
barrière en witte vlag

het lijkt wel een gedicht
zoals het van rechter bovenhoek
tot linker onderhoek geheel wit is

open staat voor het bestaan
nog zonder vlek of kleurspat 
een beetje als het nauwelijks gevulde blad

of het jonge blad van de liefde
leeg betekent het geheel niets
vol gepend staat er in het beste geval

een vers, een handtekening
een korte baldadige ballade
waarvan hij een hele voorraad heeft

het bol geblazen laken leest als vreugde
scheur is schade in het kwadraat
omdat zij uit zichzelf verder splijt

spanning loopt leeg, laken rolt op 
het vers blaast de laatste adem

jaarring

gekneld in de jaarringen van zijn rug 
stapt hij door los zand naar aanspraak 

in de hitte van hoogzomer smacht 
hij smeltend naar een dik pak sneeuw 

hij vouwt nagenoeg lege pagina’s 
tot boot, vliegtuig of raket 

ze halen hooguit een meter of drie 
niet kwaad want ruimtetuigen trekken 

reddeloos richting venus en mars 
kanootjes die naar de sterren peddelen 

liever scheppen mensen slagroom, strooien suiker 
overstemmen ze het getik van de klok 

geruchten over bommelding en aanslag 
liever blussen ze het vuurtje met hun plas

t-dansant

zonder wortel geen groei
het lot van de ontwortelde 
onder notenboom en moeraseik tintelt 
licht door het dichte bladerdak 

het leven aan de tuintafel verloopt 
in speelse menging van schaduw en 
sintels licht tussen kopjes, borden en glazen 
gedempte woorden en getik van bestek 

een linkerhand en een rechter 
twee krabben in zachte versmelting 
als padden in een bizarre bol 
verlijmd tot een kosmos in miniatuur 

kaars en notenblad houden muggen weg 
zo blijft het ballet voor klank en hand 
onverstoord, een precaire prelude 
van vingertoppen op houten tafel 

t-dansant van blikken en vingers 
onder de brede parasol van blad

hoe zij uitvloeit

hij ziet hoe ze uitvloeit
inktvlek op het blad van laken
haar tepels kleuren paars
ogen lekken in verdunnend blauw

ze wiegt haar benen en zichzelf
op zoek naar een evenwicht
een middelpunt dat er nooit was
de luchtbel links of rechts in een waterpas

hij wrijft de tralies uit zijn ogen
beweegt armen en benen, jaagt
het bloed naar zijn koude voeten
zijn hoofd kleverig na de nacht

de kamer wit en vertrouwd
niet langer dakloos, geen zwerver
hij rijdt zijn auto niet het ravijn in
moet niet op zoek naar een vrouw

die zelfbewust naar haar spiegelbeeld kijkt
de dag glimt van het morgenlicht
hij zwaait naar vaste grond
het hout dat hem al jaren draagt

voren trekt, sporen drukt
in de nerven van zijn vel

opnieuw

hij weet niet wat hij zal 
het potlood hangt in twijfel 
dag druilerig, het bord nat 

de regel beweegt tussen grond en vlucht 
spattend als water in vrije val 
slepend als grootmoeders verstilde wals 

de slager hakt een been middendoor 
breekt een karkas in grove stukken 
snijdt een mooi stukje los uit de dood 

schuift het over de toonbank 
hij knikt met woordeloze dank 

voor het blad scherpt hij het potlood 
opnieuw en opnieuw

Meest gelezen

Info Jan M. Meier

Recent (selectie):

  • Verstrengelingen, dubbelbundel bestaande uit Taalslag en Verstrengeling, met schilderijen van Evelien Sergeant, uitgeverij P, 144 p., maart 2024
  • Vier gedichten in Poëziekrant, 2023 nr. 1, p. 118-119
  • Schetsboek, dichtbundel, met tekeningen van Wouter De Winter, uitgeverij P, juni 2022
  • Recensies Grote Gevoelens in o.m. Poëziekrant, 2020, 4 door Peter Theunynck en Dirk de Geest op mappalibri.
  • Grote Gevoelens, dichtbundel, met schilderijen van Evelien Sergeant, uitgeverij P, feb. 2020
  • Vier gedichten in het Nederlandse tijdschrift Liter 98, 2020, p.68-71
  • Twee gedichten in Poëziekrant, jan. 2020
  • Publicaties online (van en over) in o.a. De schaal van Dighter en Meander.
  • Tekenen, dichtbundel, met pentekeningen van Wouter De Winter, uitgeverij P, dec. 2018
  • Drie gedichten in Deus ex Machina, 165, juli 2018, p. 74
  • De audio-opname van de presentatie van Engelenspoor en een interview zijn allebei beschikbaar op Paukeslag.
  • Engelenspoor, dichtbundel, 80 p., uitgeverij P, 2017, recensie Dirk De Geest
  • Interview met Hedwig Speliers, in Deus ex Machina, 155, dec. 2015, p.70-79.
  • Op de schommel tussen vorm en vent. Over het metaforische denken van Hedwig Speliers, in Deus ex Machina, 155, dec. 2015, p. 4- 18
  • Composities, in Het liegend konijn, okt. 2015, p. 113-117, vertaald naar het Servisch, in het tijdschrift Erazmo, 2017, p. 158-160.
  • Mythe en Wetenschap. Mythische aspecten in de hedendaagse fysica,in Deus ex Machina, 146, Mythologie, pp. 106-115.
  • Interview in: Lukas De Vos, Ivo MIchiels, Poortwachter Woordwachter, 2013, pp.43-62
  • Wetten, in Poëziekrant 2, 2009.
  • Ivo Michiels: de kwadratuur van het ik, een terugblik, in Deus ex Machina, 138-139, sept.-dec. 2011, p. 12-32
  • Ivo Michiels (samenstelling), dubbelnummer Deus ex Machina, 138-139, sept.-dec. 2011.
  • Vergezucht op Antwerpen, in: Antwerpen de stad in gedichten, ed. Philip Hoorne, uitg. 521, 2003, p. 128
  • Gedichten in Deus ex Machina, 103, dec. 2002, p. 73-76
  • Galerie Wijland, Dolores Previtali, beelden & gedichten, p. 6
  • Naar mijn blog Vrolijk puin bis.
  • Een overzicht van de belangrijkste publicaties vind je hier. Klik op 'Alle publicaties'.
  • Externe links: Poëziecentraal en Wikipedia.